Het was een opmerkelijke gebeurtenis op vrijdag 16 augustus, toen agent provocateurs een vreedzame pro-Palestina demonstratie verstoorden op het Centraal Station in Amsterdam. Het was een week nadat de dagelijkse demonstraties op Damplein werden verboden door burgemeester Femke Halsema.
De organisator van de dagelijkse anti-genocide demonstraties is Kolna Falasteen (betekenis: we zijn allemaal Palestijnen). Oprichter is de Palestijn uit Gaza dr. Moueen Alborsh. De protesten werden tot voor kort gehouden op het Damplein maar werden op last van burgemeester Halsema verboden. Op AT5 gaf gemeente Amsterdam als redenen aan dat ondernemers er te veel last van zouden hebben en vanwege de vermeende vechtpartijen. Serieuze vechtpartijen hebben niet plaatsgevonden, wel lichte vechtpartijen met voornamelijk wat duw- en trekwerk. Deze ontstonden vaak nadat provocateurs leuzen riepen, hun middelvinger opstaken of ander negatief gedrag toonden jegens de demonstranten. Kolna Falasteen is vanaf de genocide begon, het toonbeeld geweest van hoe brave activisten zich horen te gedragen; er was een goede relatie met de politie, er waren geen gedurfde acties zoals blokkades of bezettingen. Zelfs de leuzen die geroepen worden, zijn relatief onschuldig. Leuzen die bij studentenprotesten populair zijn zoals: No Justice No Peace, No Racist Police, werd bij Kolna Falasteen ingekort tot: No Justice No Peace, punt.
Alle protesten waren nagenoeg vreedzaam, er waren geen klachten van politie of omwonenden en geen journalist die over de protesten berichtte. Ondanks dat dr. Moueen zelf uit Gaza komt, uit een vooraanstaande familie van medisch specialisten, een familie dat al meer dan 100 leden heeft verloren in het door het Westen gesponsorde genocide.
Eén van de meest bekende was dokter Adnan Alborsh, opgepakt door het IDF in het ziekenhuis waar hij werkte en die een aantal maanden later een verschrikkelijke marteldood, in een Israëlische gevangenis, tegemoet ging. En ondanks het feit dat dr. Moueen een interessant, maar verdrietig verhaal heeft over hoe hij in Nederland is beland, was dit geen reden voor de gevestigde journalistiek om dr. Moueen te interviewen of verslag van de demonstraties te doen, feitelijk kunnen we daarom spreken van censuur.
Na tien maanden genocide veranderde de gemeente plotseling haar standpunt en verbood Kolna Falasteen om op het Damplein te demonstreren.
Gesprekken leverden niets op en dr. Moueen weigerde dit besluit van Femke Halsema te accepteren en liet hij voor het eerst zijn rebelse kant zien. Demonstranten kwamen toch naar het Damplein waar ze door de politie werden verjaagd, wat vervolgens leidde tot een kat- en muisspel tussen politie en activisten. Overal waar de activisten wilden demonstreren werden ze verjaagd, terwijl het demonstratierecht ruimte geeft voor spontane protesten. Dit duurde een aantal dagen en opvallend was dat de politie in grotere getale aanwezig waren dan activisten. AT5 schreef voor het eerst iets over Kolna Falasteen zonder het bij naam te noemen maar het stuk was vooral een eenzijdig verhaal van de gemeente, zonder wederhoor. Toen duidelijk werd dat het Damplein een no-go area was geworden, wees Kolna Falasteen het Beursplein af als vervangende plek en verkaste naar het Centraal Station. De plek waar de organisatie begon met haar dagelijkse demonstraties, toen de genocide begon.
POLITIE IS NERGENS TE BEKENNEN; ACTIVISTEN VERDEDIGEN ZICHZELF
De demonstratie van 16 augustus was van begin af aan al opmerkelijk te noemen. Allereerst vanwege het feit dat er geen politie aanwezig was in de nabijheid, iets heel ongebruikelijks. Agenten waren wel aanwezig op ruime afstand, bij de ingang van het station, zo’n 150 meter verderop. Eveneens opvallend was dat een vijftal lege politieauto’s geparkeerd stonden vlakbij de demonstratie.
Tijdens de demo werden speeches afgewisseld met chants en muziek. Zo rond 20.30u, een halfuur voor het einde, kwamen twee mannen lopen richting de persoon die een speech hield. Één van hen riep in het Engels iets over een hongerstaking en dat hij uit Ierland komt.
Over zijn woorden viel niet echt een touw aan vast te knopen, wel was duidelijk dat ze de demonstratie kwamen verstoren. Dr. Moueen greep in en liep naar de provocateurs toe en zei: “Dit is onze demonstratie”. Ze weigerden weg te gaan waarop meerdere activisten zich keerden tegen de provocateurs. Er ontstond wat duw- en trekwerk, de provocateurs kregen een aantal stoten en trappen en werden getrakteerd met warme koffie op hun gezicht. Opvallend genoeg vochten ze niet terug en weigerden ze weg te gaan.
De schermutselingen duurden 5 tot 10 minuten terwijl de politie nergens te bekennen was. Toen twee agenten eindelijk aankwamen beklaagde dr. Moueen zich: “Mijn kind werd aangevallen en jullie doen niets? We zijn verjaagd van het Damplein omdat de gemeente tegen ons zei dat ze onze veiligheid niet konden garanderen en nu gebeurt dit”.
Ondergetekende maakte zich ook boos en riep tegen de politie: “Waar bleven jullie nou?” waarop de agent antwoordde dat er niemand was: “Die politieauto’s zijn onbemand”.
Ik reageerde: “Jullie staan toch daar”, wijzend naar de ingang van het centraal station waar 5 tot 10 agenten stonden.
De agent ontkende: “Dat zijn geen politieagenten”, terwijl het duidelijk wel politieagenten waren. De persoon die een speech aan het houden was, een Palestijn, pakte de microfoon en bedankte de politie.
Dat maakte mij boos, ik liep naar hem toe, onderbrak zijn speech en riep naar hem: “Hoe kan je zoiets zeggen?” Er was letterlijk geen reden of aanleiding om de politie waar dan ook voor te bedanken. Deze man moest een informant zijn en zijn woord van dank was waarschijnlijk vooraf afgesproken. Vervolgens kwam een groep van ongeveer 6 blanke jongemannen onze kant oplopen en één van hen draaide zijn billen richting de foto’s van de martelaren, een grove belediging. Een belediging richting ons allemaal die niet onbeantwoord kon blijven: ik trapte op zijn kont en een ander kwam richting mij oplopen maar werd tegengehouden. Ook zij vertrokken en de speeches gingen verder.
Het hele gebeuren lijkt verdacht veel op een vooraf afgesproken actie: De provocateurs, politie die niet optreedt en de speeches waarin de politie bedankt worden.
Agents provocateurs zijn door de staat ingehuurd en hebben als doel om de tegenpartij in diskrediet te brengen. In dit geval kan het lijden tot een verbod op anti-genocide demonstraties omdat er veel vechtpartijen ontstaan, dezelfde argumentatie die gebruikt werd als bij het Damplein.
ONWAARSCHIJNLIJKE CLAIMS: BLACK PROPAGANDA
Een vrouw genaamd Zeynep die vaker speeches geeft bij Kolna Falasteen, ging na de schermutselingen een toespraak houden met onwaarschijnlijke claims.
Zo had ze het over onthoofde baby’s op 7 oktober door Hamas: “Maar Israël heeft zelf veel meer baby’s onthoofd”. De claim van Israël dat Hamas baby’s zou hebben onthoofd, is inmiddels wijdverbreid ontkracht. Vervolgens had ze het over Hamas-raketten op Israël die tegenstrijdig met het internationaal recht zou zijn: “Israël is zelf de grootste schuldige als het om het schenden van het internationaal recht gaat.”
Als de home made raketten van Hamas tegen het internationaal recht ingaat, die sinds de start van de genocide niet 1 Israëliër heeft gedood, dan is feitelijke elke oorlogshandeling in strijd met het oorlogsrecht. Behalve dat de claims die ze impliciet maakt feitelijk onjuist zijn, is het ook heel ongepast om op een pro-Palestina demonstratie het Palestijns verzet te bekritiseren. Dit maakt de argumentatie dat deze vrouw zwarte propaganda aan het voeren is.
Het is dezelfde vrouw die een aantal weken eerder bij een demonstratie voor de Amerikaanse ambassade activisten opriep om Bring them home te scanderen, dezelfde leus als sympathisanten van de gegijzelde Israëliërs roepen. Zeynep zei weliswaar dat het ging om Palestijnse gevangenen (gegijzelden, red.) maar je gaat niet een leus van een andere groep gebruiken, wat je van de gegijzelden ook vindt. Ik begon me aan haar te storen en liep nog met de adrenaline van de schermutseling minuten eerder.
Ik zei tegen Zeynep dat ik ook een speech wilde houden en ik zou de politie bekritiseren, iets wat zij tevens naliet. Hoewel ze me gehoord had, bleef ze doorpraten en het was al bijna 21.00 uur, het eindtijdstip van de demonstratie. Ik vroeg aan dr. Moueen of hij wilde ingrijpen wat hij gelukkig deed waarop ze de microfoon met tegenzin aan mij gaf.
Tijdens mijn speech herinnerde ik iedereen aan het feit dat we voor de zoveelste keer zijn aangevallen door zionisten en dat telkens de politie gefaald heeft. Dat gebeurde de eerste keer op de dag dat de Encampment begon op 7 mei op Roetersstraat, bij de Nakba demonstratie van 11 mei op het Museumplein, meerdere keren op Damplein en vandaag weer. Niet één keer was de politie op tijd met ingrijpen en dat kan geen toeval zijn.
En dat zei ik ook in mijn speech:“Deze provocateurs worden door de regering gestuurd om ons bang te maken zodat we niet meer naar pro-Palestina demonstraties gaan. Daar hebben zij last van en daarom moeten wij onze moed tonen en blijven opdagen.”
Als de politie de veiligheid van activisten niet kan waarborgen, als de burgemeester het demonstratierecht blijft schenden en als informanten op grote schaal worden ingezet, hebben wij activisten geen andere keus dan het toepassen van het recht op zelfverdediging.
Join the discussion One Comment